THE CLOUD – POINTS OF PRESENCE. We communiceren via onze mobiele apparaten en vertrouwen onze berichten, transacties, data, emoticons, foto's en video's aan het internet toe. De apparaten zijn tastbaar, we vegen over het scherm en tikken er op los, maar het dataverkeer en -opslag zien we niet; daar hebben we ook amper of geen voorstelling van. Ook als we berichten terug krijgen, bijlages openen beseffen we ons niet of nauwelijks welke infrastructuur hiervoor nodig is. Realiseert men zich wel voldoende wat er gebeurt als je na het installeren van een nieuwe app op enter drukt? Wat gebeurt er precies nadat je met de router verbinding maakt? Waar kwam de data vandaan en waar gaat het naar toe? We hebben het al jaren over de cloud, maar wat is die cloud? En vooral, waar is de cloud? Iedereen maakt gebruik van een computer, vaak gecombineerd met een smarttelefoon, tablet of laptop. De computer is verbonden via glasvezel- en koperkabels met een lokale routerkast, met de 'smarttelefoon' is dat via een 4G of misschien zelfs 5G zendmast. Van daaruit wordt de data naar een internetknooppunt gestuurd, dat de aanvragen voor het delen van gegevens behandelt. Vervolgens verdeelt dit knooppunt de gegevens over nog meer glasvezelkabels (diep onder de grond, zee of oceaan) en stuurt de data de wereld rond naar het juiste datacenter. Alwaar het apparaat/device verbinding maakt en een om een handeling vraagt aan de server, een computer. Data gedacht als een wolk in de lucht beweegt zich echter als nullen en enen door ondergrondse kabels naar de hardware van streng beveiligde en afgesloten datacenters. Nederland, en in het bijzonder Metropoolregio Amsterdam, samen met de Wieringermeer en Flevopolder, is dankzij een combinatie van razendsnel internet (door de landingsplaats van de trans-atlantische kabelverbinding) en goedkope, betrouwbare stroomvoorziening de datahaven van heel Europa geworden.
THE CLOUD – POINTS OF PRESENCE maakt het dataverkeer en -opslag fysiek zichtbaar. Niet alleen waar de datacenters zijn gevestigd, maar ook hoe ze er uitzien. Want alhoewel groot en industrieel zijn deze datacenters altijd onopvallend.